Verhaal | Claudia "Ik wilde zo graag mijn ouders trots maken.'

'Ik had mijn ouders nodig'


Het is eindelijk een echte zomerse dag. Ik zit op een fijn terras aan het water, ergens in Amsterdam. Ik heb vandaag een afspraak met Claudia (26) uit Lelystad. Zij is docent op een basisschool en staat voor groep 5. Zo op het eerste gezicht zie ik een vrolijke, jonge vrouw. Maar achter haar open glimlach, ligt een zwaar verhaal en een hoop verdriet.

Tekst: Tess Schomper
Foto: Tara Schepers

 

Claudia groeit op als één van Jehovah’s Getuige. Haar ouders komen op latere leeftijd in aanraking met deze organisatie en laten zich dopen. Hun beide dochters voeden ze op in de leer van de organisatie. Als Claudia 21 is, verlaat ze deze organisatie. Klinkt simpel genoeg, maar het verlaten van deze organisatie, brengt grote consequenties met zich mee.

Waarom wil zij haar verhaal graag delen?

“Het gaat mij niet zozeer om erkenning of om gezien te worden. Ik zou heel graag willen dat meer mensen te weten komen wat deze organisatie allemaal doet, wat het allemaal inhoudt. En wat de impact is als je uiteindelijk voor jezelf kiest en de organisatie verlaat. Want dan komt de enorme klap, zowel lichamelijk als geestelijk.”

Ik merk dat Claudia haar verhaal vrij afstandelijk begint te vertellen. Zakelijk bijna. Zij heeft een doel vandaag, een voornemen. En ze is vastbesloten deze “klus te klaren”. We verhuizen naar een andere plek op het terras. Ondanks dat het inmiddels avond is, schijnt de zon nog fel en warm. We zoeken een plek met iets meer schaduw en bestellen iets te eten. Dan vertelt ze verder…

Er was zoveel dat ik niet mocht

“Ik ben dus geboren in dit geloof. Door de keuze van mijn ouders om zich te laten dopen, werden mijn zus en ik als het ware als Getuigen in de wieg gelegd. Omdat dit een enorm gesloten gemeenschap is, werden wij heel beschermd en met heel veel regeltjes opgevoed. Ik weet dat er ook gezinnen in de organisatie zijn die niet zo streng vasthouden aan alle regels van het geloof. Maar mijn ouders deden dat wel. Mijn leven bestond uit ons gezin en de mensen in de gemeente waar wij meerdere keren per week naar toe gingen. Op school had ik weinig vriendinnetjes, ik was vaak het buitenbeentje. Er was zoveel dat ik niet mocht. Zo mocht ik geen traktaties aannemen bij een verjaardag, ik mocht niet naar verjaardagsfeestjes en op andere feestdagen bleef ik ‘ziek’ thuis. Eigenlijk werd alles waar je normaal vriendschap mee opbouwt, mij ontnomen. Volgens mij was ik best een vreemd kind in de ogen van veel klasgenoten. Ik denk dat mijn ouders zonder dit geloof veel relaxter zouden zijn geweest. Ik wil ook eigenlijk niets slechts zeggen over mijn ouders. Vooral omdat ik nu begrijp welke invloed hun geloof heeft gehad op hun manier van opvoeden. Maar het heeft mij wel beschadigd.”

Ik vraag haar of zij iets specifieker kan zijn. Het blijft even stil. We bestellen nog maar eens een drankje en pakken dan de draad weer op.

Liegen voor mijn ouders

“Ik vind het lastig om een specifiek voorval te benoemen. Er waren bijvoorbeeld zoveel verwachtingen. Ik moest mij voorbeeldig gedragen, naar de vergaderingen gaan, prediken en vooral altijd lief glimlachen. Op school voelden veel dingen niet goed of veilig. Als ik een keer met een vriendinnetje praatte over jongens ofzo, dan voelde dat niet goed, omdat ik wist dat dat eigenlijk niet mocht. Achteraf vind ik het echt heel zielig voor mijn kleine zelf, dat ik mij nooit in vrijheid heb kunnen ontwikkelen.”

Als Claudia op school een keer benoemt dat er veel ruzie is thuis en dat zij dan ook wel eens een klap krijgt, wordt er een brief naar haar ouders gestuurd. Dit valt niet in goede aarde. Zij moet van haar ouders op school vertellen dat zij hierover gelogen heeft. Of dat is omdat haar ouders zich ervan bewust zijn dat dit niet goed is, of dat ze bang zijn dat er “smaad geworpen wordt op Jehovah’s naam” weet zij niet.

 

Claudia gaat steeds meer op zoek naar een eigen identiteit. Er ontstaan bij haar ook steeds meer twijfels ten aanzien van het geloof. Ze is ongelukkig en ontwikkelt onder andere een eetstoornis. Niemand lijkt het door te hebben, maar voor Claudia is het een manier om in elk geval een mate van controle over haar leven te voelen.

Ik wilde zo graag mijn ouders trots maken

Claudia wordt depressief en bidt tot God om er voor haar een einde aan te maken. Ze bereikt een dieptepunt en doet een eerste zelfmoordpoging. Er komt op tijd hulp, maar haar ouders lijken niet te beseffen hoe ongelukkig ze is. Ze krijgt vooral veel verwijten te horen. Zij moet in gesprek met een psychoog en geeft daarbij aan dat ze er spijt van heeft. Als ze uit het ziekenhuis komt, doet iedereen alsof er niets aan de hand is.

“Uiteindelijk had ik het gevoel dat ik fout zat. Ik deed altijd alles om mijn ouders te pleasen en nu had ik ze pijn gedaan. Ik schaamde me en voelde mij schuldig over wat ik ze had aangedaan. Ik wilde zo graag mijn ouders weer trots maken. Dus liet ik me rond mijn 19e dopen. Ik hoopte dat het mij ook rust zou brengen, dat ik meer zen zou worden. Maar zo werkte het helaas niet. De druk werd alleen maar groter. Ondertussen bleef ik toch ook grenzen opzoeken. Met een vriendin buiten de organisatie, maakte ik een Tinder account aan. Zo leerde ik mijn huidige vriend kennen. De beste swipe ever!”

Ik moet even om haar lachen. Haar ogen glinsteren als ze het over haar vriend heeft. En dat staat haar prachtig. Ze vertelt hem gelijk over haar geloof, maar ook over haar twijfels. Bij hem en bij haar schoonouders heeft zij inmiddels een veilig en warm thuis gevonden. Maar dit kwam met een prijs.

“Al snel kwam het uit dat ik een vriend had buiten de organisatie. Dit mag niet en is een reden voor uitsluiting. Mijn moeder stelde mij voor een keuze: mijn ouders of de jongen die ik pas net kende. Toen ik voor mijn vriend koos, werd ik dus het huis uit gezet. Mijn ouders zeiden: wij gaan nu verder met ons leven en we hopen dat jij ook gelukkig wordt. Uiteindelijk ben ik in een studio gaan wonen. Er was soms nog wat contact met mijn ouders, maar verder raakte ik iedereen kwijt. Ik werd overal geblokkeerd.”

Nu ben ik van Satan

Er breekt een zware tijd aan voor Claudia. Zij heeft altijd geleerd dat de wereld buiten de organisatie, de wereld van de Duivel is. Omdat zij nu in deze wereld leeft, is zij ervan overtuigd dat zij nu ook aan Satan toebehoort en dat hij overal met haar meekijkt. Ze slaapt met het licht aan en ontwikkelt een angst voor donkere ruimtes. Ook volgen er in deze periode nog twee suïcidepogingen.

“Ik was mezelf niet meer”.

Ik vraag haar of zij ooit zichzelf was. Ze kijkt mij nadenkend aan en zucht eens diep. Ik zie dat de vraag haar raakt.

“Goede vraag. Ik denk dat ik nog steeds wel een beetje zoekend ben. Ik ben Claudia nog aan het creëren. Daarin ben ik ontzettend blij met de steun van mijn vriend en mijn schoonouders. Bij hen kan ik mezelf zijn, wat dat dan ook precies nog allemaal gaat betekenen. Het gaat goed met mij. In de afgelopen 4 jaar ben ik enorm gegroeid. Ik kan zeggen dat ik vaak gelukkig ben.”

Wat zou ze willen zeggen tegen mensen die overwegen de organisatie te verlaten?

“Ik ga niet zeggen dat het allemaal wel goed komt. Ik kan dat niet beloven. Het is keihard werken en ik had het bijna niet gered. Dit gun ik niemand. Maar… ik gun ze wel het resultaat. Ik gun ze wel de vrijheid om te ontdekken wat er allemaal nog meer is, te zijn wie ze willen zijn en lief te hebben wie ze lief willen hebben.”

Als ik haar vraag wat zij in die moeilijke tijd nodig had gehad, breek ze heel even.

 

Ik had mijn ouders nodig

“Ik had mijn ouders nodig. Inmiddels ben ik op de goede weg. Ik heb mooie plannen voor de toekomst, samen met mijn vriend. In de afgelopen vier jaar heb ik er vriendinnen bijgekregen die mij accepteren zoals ik ben. Mijn schoonouders zien mij als één van hun eigen kinderen. Zo heb ik nu een nieuwe familie om mij heen die mij erg gelukkig maakt. Mijn ouders heb ik eigenlijk niets meer te zeggen. Ik heb niets fout gedaan, niets gedaan om dit te verdienen. Ik worstel nog vaak met gevoelens van onveiligheid en verdriet. Ik heb verlatingsangst. Als zelfs je eigen ouders niet onvoorwaardelijk van je houden, dan kan iedereen je toch verlaten? Gelukkig voel ik ook steeds vaker acceptatie en kan ik gemis ook steeds beter koppelen aan mooie herinneringen. Fysiek ben ik nog niet in orde. Alle stress en onveiligheid in mijn jeugd, hebben diepe sporen achtergelaten. Het was loodzwaar en ik had het bijna niet overleefd, maar toch heb ik geen spijt van mijn beslissing.”

Als ik haar vraag of ze trots is op zichzelf, zie ik dat ook dit geen makkelijke vraag is om te beantwoorden.

“Ja, ik ben trots op mezelf!”

Ik vind het een mooi moment om dit gesprek mee af te sluiten. Tijd om een toetje te bestellen en het even over wat luchtigere zaken te hebben. Het blijft nog lang gezellig. Als ik naar huis rijd, ga ik in gedachten nog even langs alles wat we besproken hebben. Dit gesprek heeft veel indruk op mij gemaakt, maar ik ben vooral echt zo trots op deze vrouw! En ik ben dankbaar dat ik haar vandaag weer een beetje beter heb leren kennen. Haar verhaal is zwaar en verdrietig, maar het is bovenal een verhaal van hoop, moed en doorzettingsvermogen. Ik hoop dat al haar dromen uit mogen komen.

*

Tess Schomper

 

Coach, schrijver, ex Jehovah's Getuige en oprichter van ex-JG.nl: een platform voor coaching, contact met lotgenoten en praktische ondersteuning bij uitsluiting.

Reactie plaatsen

Reacties

Saskia
3 maanden geleden

Jee wat een heftig verhaal zeg .
En wat doet de organisatie mensen toch aan. Zo jong en zo voor het leven getekend.
Maar wat is ze er sterk uitgekomen

Ria
3 maanden geleden

Een mooi en eerlijk verhaal, zonder haatdragende woorden. Dit zou eigenlijk meer verteld/ verspreid moeten worden.
Bv, Op school laten de ouders/ leerkrachten al merken aan hun kind dat het raar is zoals een jehova kind is, dit betekent uitsluiting op aansluiting in de klas. Ik denk dat dit verhaal meer impact heeft op lezers als de extremen die je meestal hoort en leest. Claudia mag trots zijn op haar zelf, zonder haar eigen sterke karakter en wil was ze niet zover gekomen.

Janette
3 maanden geleden

Ik ken Claudia vanaf het begin dat ze verkering kreeg. Zo’n mooi meisje en met zoveel ellende en verdriet. De tranen staan in mijn ogen als ik dit lees (ook al ken ik het verhaal al). Je doet het echt super goed!!! Ga zo door en ik wens je al het geluk van de wereld 🥰.

Angie
3 maanden geleden

Wat een verhaal! Jij kan zeker trots op jezelf zijn Claudia! Op naar een mooie toekomst 🔮

Esther
3 maanden geleden

Dappere lieve Claudia, ik had de eer haar te mogen ontmoeten en haar verhaal raakt me diep. Ik herken veel in haar verhaal. Ik wens haar toe dat ze loskomt van het verleden en met hoop liefde en geluk vooruit kan kijken

Eduarda te Pas
3 maanden geleden

Een aangrijpend verhaal en zo herkenbaar!

Dit soort praktijken van de Jehovah's Getuigen wereldwijd is bekend. Het wordt hun opgelegd door hun leiders om hun familie te mijden als ze de organisatie verlaten. Daarom verzet ik mij tegen dit onrecht en ben ik, samen met de Stichting Against Watchtower Shunning [SAWS], actief bezig om deze discriminerende praktijken aan de kaak te stellen.

Heel veel sterkte en vergeet niet dat er een ex-Jehovah's Getuigen-gemeenschap is die elkaar ondersteunt door dik en dun!

Mariëlle
3 maanden geleden

Het was heel heftig en onvoorstelbaar om te lezen wat jij allemaal hebt doorgemaakt. Ik vind het bijzonder knap hoe je je hieruit hebt getrokken en ik heb daar ontzettend veel respect voor. Ik wilde je niet direct confronteren met een persoonlijk berichtje omdat ik niets wil triggeren (in kan me voorstellen dat je niet op mij zit te wachten), maar ik hoop dat ik op deze manier dat kon laten weten.